25 februari 2021 - 10:40 - Wereld
Helemaal aan het begin van de coronacrisis was het voor gezondheidswerkers nog niet duidelijk wat hen te wachten stond. Siham liep toen vier dagen per week stage in een revalidatiecentrum en werkte daarnaast als verpleegkundige op de afdeling psychogeriatrische patiënten in verpleeghuis Vitalis Vonderhof in Eindhoven, waar ze was begonnen als stagiaire. Maar de 20-jarige zorgmedewerker moest plots stervende mensen begeleiden.
Eind maart was het gedrag van drie bewoners zorgwekkend. Ze waren angstig en leken verzwakt. Bij één van de patiënten werd zelfs gedacht aan een tia of kleine hersenbloeding. "Ik had wel wat gehoord over corona, op het nieuws en op de radio en zo. Maar ik had geen idee wat dat voor mij of voor het werk zou betekenen. Niemand wist dat toen eigenlijk. Regelmatig koos ik toen voor een dubbele dienst. Van zeven tot half vier in het revalidatiecentrum. En dan nam ik de bus naar het verpleeghuis. Onderweg at ik een boterham en dan werkte ik van vier tot elf uur ’s avonds. Zo deed ik dat ook de woensdag na dat vreemde weekend. Ik had inmiddels al via de werk-appgroep het nieuws gehoord: drie bewoners waren getest. Alle drie positief", zegt Siham in NRC.
Een paar dagen later lagen vijf mensen op hun sterfbed, terwijl er op dat moment zeer weinig informatie beschikbaar was over de ziekte en er ook nog helemaal geen plan van aanpak was. "Dat weekend ging ik werken. Ik moest me voor het eerst helemaal in een pak hijsen. Handschoenen aan, mijn haar onder een kap. Gezicht bedekt met bril en mondmasker. Bewoners zitten graag aan je gezicht. Of ze zitten aan mijn krullen. Die vonden ze mooi. Dat kon niet meer. Alles was bedekt".
Siham is een zorgverlener in hart en nier, het werk in het verpleeghuis ligt haar goed en ze heeft een prima band met de bewoners, maar die zaterdag en zondag moest ze hen steunen bij het uitblazen van hun laatste adem. "Ze hadden het heel benauwd. Ze zagen grauw. Ze moesten hoesten, veel hoesten. Ze waren angstig. Heel ziek. De dementie speelt dan een grote rol. Ze hebben geen idee wat er gebeurt en kunnen moeilijk verwoorden wat ze voelen. Je probeert het zo comfortabel mogelijk te maken. Ik werkte op de automatische piloot. En ben van kamer naar kamer gerend. Ik probeerde te doen wat ik kon doen. Ik wilde dat ze zich niet alleen voelden".
Een 94-jarige man in het verpleeghuis zei vaak: "Oh, zuster, je rent te hard, kom even bij me zitten. Dan drinken we even koffie." Dat was vóór de coronapandemie. "Ondanks zijn dementie zag hij dat. Hij had me al een mooie levensles gegeven. Ik was druk met stage en werk, ik was nauwelijks thuis. Hij zei: ‘Meid, je moet het op je gemak doen. Niemand anders gaat dat voor je beslissen.’ Maar nu was hij ziek en pakte hij mijn hand vast. ‘Zuster, ik ben zo bang om dood te gaan. Ik wil nog niet. Ik kan mijn broer niet alleen laten. Je voelt je dan ontzettend negentien. Maar ik heb zijn hand stevig vastgehouden en gezegd: ‘Je hebt een mooi leven gehad en hebt het zo goed gehad. Je hebt het goed gedaan. Ik zal je niet in de steek laten.’ Ik zat helemaal ingepakt in dat witte pak aan de rand van het bed. Ik probeerde hem te troosten, maar was ook aan het huilen. Hij gaf een kus op mijn handschoen".
Er was geen tijd om te rouwen, je moest doorgaan, op een gegeven moment heeft Siham 23 dagen achter elkaar gewerkt. "Ik had één dag vrij en heb alleen maar geslapen. De dag erna ben ik weer naar het werk gegaan. Ik woon nog thuis maar mijn ouders zag ik bijna niet. Ik voelde me voor de cliënten verplicht om te gaan. Als mensen doodgaan, is het belangrijk dat er iemand bij je is die je kent. En het zijn niet alleen cliënten, het worden vrienden. Je kent hun familieleden. Hun partners als die er zijn, hun kinderen. Ik was een verpleegkundige, arts, familie, alles in een. Zo voelde dat. Er mocht bij de meeste stervenden geen familie bij zijn. Elke dag kwam de lijkwagen. Je rijdt het lichaam van de overledene de lift in, je begeleidt het naar buiten. En je weet: ik zal je nooit meer zien. Het zijn natuurlijk oude mensen, die niet heel gezond zijn. Maar het waren er zo veel, het ging zo snel. Zonder corona zouden ze nu waarschijnlijk nog leven. En tegelijkertijd went het ook. Het is heel gek".
In juni 2021 studeert Siham af als verpleegkunde. "Officieel studeerde ik in die tijd ook. Maar de scholen zaten dicht natuurlijk. Ik had één keer in de twee weken online les. Dan vertelde ik wat ik meemaakte. Mijn medestudenten en docenten waren onder de indruk. Ik was de enige die op zo’n plek werkte. Ik heb afgelopen zomer drie weken vakantie gehad en de rest gewerkt. Mijn stage was afgelopen. Ik had weer ruimte om vooruit te kijken. Ik ben mijn examenjaar ingegaan. In december werd ik twintig jaar, dus ik ben nog jong. Ik ben optimistisch van nature en dat is sterker geworden. Ik besef nu meer hoe kwetsbaar het leven is. Het kan zo afgelopen zijn".
Ryanair vliegt naar Dakhla: Algerije boos
Doden bij crash vliegtuig Marokkaanse luchtmacht
Rat valt letterlijk op hoofd Marokkaanse politicus tijdens radio-interview
Oorlog of niet, handel Marokko-Israël bloeit op
Iran wil banden met Marokko herstellen
Marokkaans automerk NamX wil Amerika veroveren
Rat valt letterlijk op hoofd Marokkaanse politicus tijdens radio-interview
Iran wil banden met Marokko herstellen
België versnelt uitzettingen Marokkanen
Marokkanen werken tot 14 uur/dag om Valencia op te knappen
Vader wil kinderen ontvoeren naar Marokko, meisje slaat alarm
Spanje wil controle luchtruim Sahara aan Marokko geven
Mounir (47) in Parijs omgebracht
Mysterieuze verdwijning Fadela (50) in Frankrijk