Fatwa-commissie veroordeelt provocaties Ahmed Raissouni tegenover Algerije

De Marokkaanse prediker en voorzitter van de Internationale Unie van Moslim Oelema (IUMO), werd op de vingers getikt door de Fatwa-commissie van het ministerie van Religieuze Zaken en Waqfs (religieuze stichtingen volgens het islamitisch recht). Via een verklaring veroordeelt de commissie de woorden van de man, die Marokkanen onlangs in de media opriep "naar Tindouf te marcheren". Ahmed Raïssouni ging zelfs nog verder door te onderstrepen dat "hij de ideologie van extremistische terreurgroepen onderschrijft", meldt APS.

Lees ook: Mauritanië niet blij met verklaringen Ahmed Raïssouni

Volgens de Fatwa-commissie "bevatten de woorden van Raïssouni een duidelijke aansporing en een expliciete oproep om de soevereiniteit van staten schade aan te brengen. Het was verkeerd van hem om haat te zaaien en op te roepen tot het ontketenen van chaos en ’fitna’ tussen volkeren, staten en regeringen in de regio". De commissie verklaart dat de prediker "tevergeefs heeft getracht om een aura van jihad aan zijn gebazel te geven, door zijn uitspraken te koppelen aan ongegronde stellingen die niet overeenkomen met de godsdienst, de rede, de geschiedenis noch de realiteit. Door dit te doen heeft hij ook de ideologie van extremistische terroristische groeperingen overgenomen".

De Fatwa-commissie distantieert zich volledig van zijn uitlatingen, die met de grootste strengheid moeten worden bestreden en verworpen, met name omdat ze de reeds gespannen betrekkingen tussen Marokko en Algerije kunnen verergeren en de betrekkingen van goed nabuurschap tussen Rabat en Nouackchott kunnen beschadigen.

Lees ook: Algerije reageert op oproep Ahmed Raïssouni om naar Tindouf te marcheren

De commissie is ervan overtuigd dat "de volkeren van de regio zich zeer bewust zijn van de complotten die tegen hen worden gesmeed en dat de vergeefse en wanhopige pogingen om het discours van haat en vijandigheid via megafoons te verspreiden, enkel zorgt voor een versteviging van hun gehechtheid aan broederschap, eenheid, het behoud van hun belangen en de verdediging van hun gemeenschappelijke lotsbestemming".